Afronding bodemsanering Interface Scherpenzeel
22373
post-template-default,single,single-post,postid-22373,single-format-standard,stockholm-core-2.4.3,select-theme-ver-9.9,ajax_fade,page_not_loaded,popup-menu-fade,,qode_menu_,wpb-js-composer js-comp-ver-7.6,vc_responsive
Title Image

Afronding bodemsanering Interface Scherpenzeel

Afronding bodemsanering Interface Scherpenzeel

In 2013 heeft Bodembeheer Nederland (destijds actief als Bodemcentrum) opdracht gekregen van Interface om de bodemverontreiniging op hun productielocatie in Scherpenzeel te saneren. Deze bodemverontreiniging is in de jaren ’60 en ’70 ontstaan op de plek waar zich ooit de wasserij bevond en bestond uit VOCl (Vluchtige ChloorKoolwaterstoffen) en BTEX (vluchtige aromaten).

Bodembeheer Nederland heeft de sanering van planvorming, goedkeuring vanuit het bevoegd gezag en aanbesteding tot en met de uitvoering risicodragend op zich genomen. Met HMVT als saneringsaannemer en Tauw als milieukundig adviesbureau is voorafgaand aan nieuwbouw de bronzone ontgraven, is het grondwater in-situ gesaneerd met chemische oxidatie en anaerobe biologische afbraak als nabehandeling en is de restverontreiniging in het grondwater periodiek gemeten om een stabiele eindsituatie aan te tonen.

De actieve saneringsmaatregelen hebben de vracht aan verontreiniging met meer dan 95% gereduceerd, waardoor de nalevering naar het grondwater is gestopt. Natuurlijke afbraakprocessen zorgen voor een verdere afname van de concentraties en voorkomen verdere uitbreiding van de pluim. De monitoringsresultaten voor het grondwater waren dermate gunstig dat de monitoring eerder dan gepland kon worden afgerond. Het opgestelde eindevaluatierapport is inmiddels goedgekeurd door het bevoegd gezag. De sanering is daarmee formeel afgerond. Bodembeheer Nederland blijft verantwoordelijk voor de restverontreiniging in het grondwater.

Interface is een prachtige uitbreiding rijker, veilig gebouwd op een schone leeflaag en gerealiseerd in samenloop met de in-situsanering van het grondwater, zonder dat hierdoor overlast voor de bedrijfsvoering ontstond. Interface heeft haar verantwoordelijkheid voor de aanwezige bodemverontreiniging via een sanering door Bodembeheer Nederland genomen en kan zich nog meer focussen op haar missie ‘Climate Take Back’, het omkeren van de opwarming van de aarde. Hierbij heeft Interface zich tot doel gesteld om in 2040 een CO2-negatieve onderneming te zijn. In 1994 is zij gestart met haar duurzaamheidsreis en het elimineren van haar negatieve impact op de planeet, waaronder het reduceren van de CO2-voetafdruk van haar producten. Climate Take Back gaat vervolgens over het leveren van een herstellende, oftewel regeneratieve bijdrage. Meest recente mijlpalen op weg naar het doel van 2040 zijn de innovatie van de biocomposiet tapijtrug CQuest™ in Scherpenzeel, gemaakt met biobased en gerecyclede materialen, en de innovatie en het op de markt brengen van de eerste CO2 -negatieve tapijttegels cradle-to-gate.